Met lede ogen aanschouwde Heemschut de sloop van de kleine Eusebiuskerk in Arnhen.
Uit het Archief van Heemschut: Heemschut en de (kleine) Eusebiuskerk in Arnhem (2)
Heemschut heeft de jonge kunsthistoricus en mediëvist Floris Harskamp gevraagd te duiken in ons archief en dit te koppelen aan een recente gebeurtenis. Hij heeft gekozen om aandacht te besteden aan Arnhem. Een van de meest dramatische momenten voor Heemschut vrijwilligers in Arnhem was de sloop van de kleine Eusebiuskerk. Sloop kon niet voorkomen worden. Sindsdien zit Arnhem met een wat triest ogende, lege plek, het Coehoornpark, opgescheept.
De Mooiste Gesloopte Kerk
Floris Harskamp
In 2013 schreef het Christelijke Nederlands Dagblad een verkiezing voor de mooiste gesloopte kerk in Nederland uit. Een knap staaltje lieu de mémoire, daar geen enkele kerk meer overeind stond en lezers louter konden terugvallen op oude afbeeldingen en verhalen, maar wat nog veel krachtiger zou blijken: herinneringen.(1)
De Sint Eusebiuskerk, die in de volksmond liefkozend de Kleine Eusebius werd genoemd prijkte op de tiende plaats van het ND. Deze voormalige Rooms Katholieke kerk werd in de jaren 1864-65 gebouwd door de Rotterdamse architect Herman Jan van den Brink (1816-1883), voor de Sint Eusebiusparochie aan het Nieuwe Plein te Arnhem. De driebeukige Stuffenhalle in neogotische stijl had als belangrijkste bezit een laatgotische zilveren reliekbuste van de Heilige Eusebius (afkomstig uit de Grote Eusebius) en een serie glas-in-lood ramen van de Roermondse firma F. Nicolas & zn (waarvan er slechts één de oorlog overleefde).
Eerder aan sloop ontsnapt
De Kleine Eusbeius ontsnapt aan de eerste serieuze vervolging en sloop van neostijl kerken in de jaren ’60 en ’70 van de vorige eeuw. De kerk heeft in 1968 reeds een negatief advies gekregen van het Katholiek Sociaalinstituut omtrent eventueel voortbestaan. De ontzuiling, de secularisering van Nederland en de ontvolking van de Arnhemse binnenstad brengt het Kleine Broertje in gevaar. Het aantal actieve parochianen holt hard achteruit en aan het eind van de jaren ’70 klinken er boze tongen die de Kleine Eusebius willen sluiten.(3) In 1980 wordt het dan toch pijnlijk duidelijk: het Rijk wil de kerk gaan slopen.
Veel protest tegen sloop
De gemeente Arnhem, de provincie Gelderland en Heemschut (vooral Egbert Hoogenberk maakt zich indertijd sterk voor een herbestemmingsplan) binden de (verbale) strijd aan en tekenen protest aan tegen de sloopvergunning.(4) Het exterieur van een kerk is volgens Heemschutter Hoogenberk namelijk publiekbezit. ‘Het gebouw blijft zo behouden voor de stad en het stadsgezicht wordt zo niet aangetast. Als laatste redmiddel moet je desnoods een kerk kunnen ontwijden.’ Tal van alternatieven worden aangedragen. Verzorgingstehuis, parkeergarage, kantoorpanden, zelfs een poptempel wordt geopperd. Het mag niet baten, de clerus (onder leiding van de paus [!] kardinaal Simonis) is tegen en op 2 september is bij KB de spreekwoordelijke kogel door de kerk. De Kleine Eusebius zou geen pastorale functie meer vervullen en uitzicht op een nieuwe invulling van het perceel wordt bijzonder argwanend bejegend. De sloopvergunning wordt alsnog verleend.(5)
Coehoornpark
In de zomer van 1990 begint men met de sloop van de kerk. Heemschut pinkt een bitter traantje weg in het december nummer met een soort van j’accuse…! artikel van G. de Maret Tak.
Ondanks verwoedde pogingen van zowel de gemeente, provincie als Heemschut en andere instellingen en individuen wilde de geestelijkheid niet luisteren naar hun weeklaag. Onverbiddelijk waren zij die horen te waken over hun kudde. De Kleine Eusebius was niet meer. Tot groot verdriet van de overgebleven parochianen en met hen vele Arnhemmers. Wat rest? Wel, wie vandaag de dag langs de Coehoornstraat wandelt, ziet nog altijd een lege kale plek vol troep, het Coehoornpark.
Volgende keer:
Een uitstapje naar het zuiden, het Brabantse Oirschot en haar kerken.
1 http://www.mooistegeslooptekerk.nl/uitslag/, gezien op 30 december 2016 om 12:41; Lijstaanvoerder was de Rotterdamse Koninginnekerk (gesloopt in 1972).
2 Zie: G. de Maret Tak, ‘Afscheid van de Sint Eusebiuskerk te Arnhem’, Heemschut vol. 79 no. 6 (1990) 4.
3 B. van Hellenberg Hubar, ‘Een tendens tot slopen’, Heemschut vol. 73 no.7/8 (1984) 152-157, aldaar 155.
4 P. Stuivenberg, ‘Arnhem toont trieste balans’, Heemschut vol. 69 no. 2 (1980) 24-28, aldaar 24; J. Bierenbroodspot-Rudolph, ‘Behoud en beheer 19de eeuwse kerken’, Heemschut vol. 74 no. 9 (1985) 157.
5 J. Kamerling, ‘Kerken aan buitenkant publiek bezit’, Heemschut vol. 75 no. 10 (1986) 238-239, aldaar 239; Van Hellenberg-Hubar, ‘Een tendens tot slopen’, 154.