In Den Haag hebben VVD, D66, CDA en ChristenUnie na maanden van onderhandelen het nieuwe regeerakkoord gepresenteerd. Wat betekent dit voor de monumenten- en erfgoedsector? Een eerste analyse.
In een regeerakkoord leggen de vier coalitiepartijen de werkafspraken voor de komende kabinetsperiode neer. Hierin is dus in grote lijnen te lezen waar het de komende jaren heengaat met het landelijk beleid.
Een eerste lezing laat zien dat het woord 'erfgoed' of 'monumenten' geen enkel keer valt in het nieuwe regeerakkoord. Dit in tegenstelling tot, bijvoorbeeld, het woord 'klimaat' dat bijna 60 keer valt in het ruim 50 pagina's tellende document. Toch betekent niet dat er geen dingen instaan die aan de monumentenwereld voorbij gaan.
Zo is er de wens tot een terugkeer van een ministerie van Ruimtelijke Ordening. Het Rijk heeft het voornemen de regie weer terug te nemen op het gebied van woningbouw, energietransitie, maar ook de bouw van grootschalige datacentra. Specifiek interessant is het feit dat hierbij de problematiek rondom funderingen wordt genoemd als een opgave van het nieuwe ministerie. Het zijn immers veelal oude gebouwen die last hebben van zakkende funderingen.
Daarnaast spreekt het nieuwe kabinet van het actief tegengaan van de verdozing van het landschap. Het zijn zorgen die door Heemschut al jaren hardop worden uitgesproken. De ruimtelijke inrichting van Nederland staat onder druk. Op het gebied van inrichting is verder de stevigere rol van het waterschap boeiend om te noemen. Om de waterveiligheid te borgen wordt de watertoets steviger van aard. Dat kan gevolgen hebben voor een aantal grote projecten, zoals bij de nieuwbouw in Zaltbommel waar de waterveiligheid een discussiepunt is.
Het nieuwe kabinet heeft verder de ambitie om 15.000 woningen te krijgen door kantoren om te bouwen naar huizen. Herbestemming dus. Het kan ook potentieel waardevolle gebouwen redden. Duurzaam is het ook.
Op het gebied van huurwoningen moeten slecht geïsoleerde huizen op termijn niet meer verhuurbaar zijn. Dat in combinatie met de gewenste afschaffing van de verhuurdersheffing zal er een aanzienlijke versnelling van de vernieuwing van de huurvoorraad plaats gaan vinden. Dat is een potentieel risico voor kwetsbare vooroorlogse en naoorloge sociale woningbouwwijken. Heemschut ziet al dat er vaak uit gemak voor sloop wordt gekozen in plaats van renovatie.
In de landbouw is de gewenste omschakeling naar kringlooplandbouw interessant omdat hier mogelijk ruimte is voor oude gebruiken voor de inrichting van het agrarisch bedrijf, het cultuurlandschap en de terugkeer van kleinschalige gemengde bedrijven. De Nationale Omgevingsvisie moet ook aangepast worden, een visie waar Heemschut actief aan heeft meegewerkt.
Het nieuwe regeerakkoord gaat daarmee niet direct in op monumenten en erfgoed, maar stelt wel behoorlijke veranderingen voor in sectoren die direct aan de erfgoedsector grenzen. De gevolgen zullen daarvan merkbaar worden.