Heemschut's commissie Amsterdam heeft het dagelijks bestuur van het stadsdeel Nieuw-West gevraagd de Sloterplas met alle oevers te beschermen als beschermd stadsgezicht. De aanvraag komt midden in een discussie over nieuwe bebouwing in en rondom de plas. Heemschut wil dat de hoge cultuurhistorische en stedenbouwkundige waarden van de plas goed worden geborgd.
Als onderdeel van het Algemeen Uitbreidingsplan van 1935 werd de lager gelegen Sloterdijkermeerpolder, in het midden van de Sloterpolder, het landelijk gebied van de voormalige gemeente Sloter bestemd voor aanleg van een gegraven plas als middelpunt van groen recreatiegebied - het Sloterpark- in het midden van de Westelijke Tuinsteden.
In 1939 werd het plan vastgesteld en in 1942 werd al begonnen met het graven van de plas. Na de oorlog werd de plas verder verdiept voor zandwinning.
Het Sloterpark is gelegen rond de plas en is aangelegd tussen 1958 en 1974. Bij de rotonde aan de Oostoever bevindt zicht het Terras Oostoever, een markant gebouw dat de entree tot de plas vormt. In het zuidwesten wordt gedomineerd door Torenwijk (1965-1967), zes torenflats; de eersten van dit type in Nieuw-West. Ten zuiden daarvan ligt de tuinstad Osdorp. In het noordwestelijk deel van het park loopt de President Allendelaan, de verbinding tussen Osdorp en Slotermeer.
De Sloterplas met zijn oever is het hart van het door Rijk aangewezen wederopbouwgebied 'De Westelijke Tuinsteden' en heeft zeer grote stedenbouwkundige en cultuurhistorische waarden. De zichtlijnen zijn zorgvuldig ontworpen en het is belangrijk dat in deze delen van de oevers geen nieuwe bebouwing komt.
In 2017 is de noordelijke oever van de plas al aangewezen tot beschermd gezicht. Heemschut is van mening dat de hele plas en oevers aangewezen moeten worden. De plas is een eenheid. Het is dus onjuist om slechts een deel te beschermen. Dit om de Sloterplas als groenblauw hart van Nieuw-West te kunnen bewaren.
Foto's: Stadsarchief Amsterdam/ Dienst Publieke Werken