Heemschut's commissie Groningen heeft haar zorgen over de toekomst van het Groninger Landschap in de energietransitie naar de Provinciale Staten van Groningen gestuurd. In de brief doet de commissi een aantal voorstellen van hoe wij denken dat de omschakeling naar duurzame energie verantwoord in het kwetsbare cultuurlandschap ingepast kan worden.
De provincie Groningen is als geen andere provincie verantwoordelijk geweest als energieleverancier voor- en van Nederland. In grote mate heeft dit het cultuurhistorisch landschap de provincie vorm gegeven. De Veenkoloniën hebben met hun turf de industriële revolutie gevoed, het Gronings gas de wederopbouw en anno 2019 moet de provincie Groningen (dit zijn de woorden van de verantwoordelijke gedeputeerde) de ‘stekker van Nederland’ worden.
Nu reeds is het aandeel zonneparken in Nederland voor maar liefst 25% gedekt alleen al in de provincie Groningen (Bron: Dagblad van het Noorden, 16 maart 2020) en wekt onze provincie ruim 15% op van het landelijke aandeel aan windenergie. Historische gezien is er nu niets nieuws onder de zon. Maar bovenstaande cijfers en het ruimtebeslag dat de hernieuwbare energie opeist, maken duidelijk dat deze een bedreiging voor ons cultuurlandschap vormen.
Echter, nieuwe landschappelijke inpassingen kunnen het cultuurlandschap van morgen vormen. Binnen het huidige rijksbeleid hebben we ernstige bedenkingen bij de uitgangspunten die nu in – bijvoorbeeld – het klimaatakkoord zijn opgenomen, en de Regionale Energie Strategie (RES) van de provincie Groningen, levert het bewijs die onze zorgen onderbouwen.
Heemschut Groningen ziet het daarom als haar plicht om de provincie om aandacht te vragen voor landschappelijke kwaliteit en om vanuit ruimtelijke kwaliteit goede afwegingen te maken voor inpassing van (nieuwe en bestaande) grootschalige energieparken. Samenvattend:
- Ga grootschalige energieparken niet uit de weg, maar combineer deze uitsluitend met bestaande, grootschalige industrielandschappen.
- Bescherm niet alleen de Nationale Landschappen, maar ook het agrarische cultuurlandschap.
- Zet in op de goede voorbeelden. De excellente gebieden (zie bijlage) zijn een dergelijk voorbeeld en bestaan
al 12 jaar!
- Zie verduurzaming van monumentaal erfgoed, of verduurzamingsmaatregelen in een cultuurhistorisch
waardevolle omgeving niet als een bedreiging, maar als een bron van inspiratie en innovatie. Betrek
universiteiten en (technische-) hogescholen bij het uitwerken van deze kansen. De Living Lab ‘Erfgoed en
Energietransitie’ (Hanzehogeschool Groningen, BTIC) maar ook de uitkomsten van ‘Demi More’ (Leader
Heemschut 1911: “Bescherming van de schoonheid en het historisch ruimtelijk karakter van Nederland in het algemeen
en de cultuurmonumenten in het bijzonder.”
Zuid, Kempens Landschap, provincie Brabant) biedt een breed scala aan ontwikkelkansen én ‘best practice cases’. Ga niet opnieuw het wiel uitvinden.