Erfgoedvereniging Bond Heemschut heeft via de media kennis moeten nemen van het raadsbesluit om de het karakteristieke woonhuis Huizerweg 6-8 in Bussum te slopen voor een kantoorpand van drie verdiepingen. Heemschut is als eerdere indiener van een zienswijze op geen enkele manier meer betrokken bij de verdere afhandeling van dit besluit en de verslaglegging van de raadsvergadering waar dit aan de orde is geweest, blijkt niet te bestaan. De erfgoedvereniging is verbijsterd.
In augustus 2017 diende Heemschut een zienswijze in op het ontwerpbestemmingsplan Bestemmingsplan Oudere Dorp - Huizerweg 4a-6-8 in Bussum. In dat bestemmingsplan wordt de sloop van deze woning uit 1910 mogelijk gemaakt. Op de plek moet een kantoor komen van drie bouwlagen met een maximale bouwhoogte van 12 meter. Dit pand zal zich prominent manifesteren aan de weg. Doodzonde, vindt de commissie Noord-Holland van Heemschut.
De kantooruitstraling contrasteert sterk met het villakarakter, de naastgelegen Vredekerk en de bebouwing verderop aan de weg. Ook wordt het aanzien van de Huizerweg als oude route door Bussum visueel geschaad. Heemschut vraagt zich ook af waarom deze ontwikkeling wordt mogelijk gemaakt als er nog steeds kantoorruimte leeg staat (vm. postkantoor aan de Poststraat) en welke precedentwerking dit heeft op andere mogelijke initiatieven van schaalvergroting door sloop en nieuwbouw van waardevolle, niet beschermde bebouwing aan historisch geografisch waardevol gekenmerkte structuren binnen het dorp Bussum.
Naar nu blijkt heeft de gemeenteraad van Gooise Meren het bestemmingsplan op 25 april 2018 behandeld. Heemschut was daar als indiener van een zienswijze niet van op de hoogte en vindt dit zeer kwalijk. Heemschut is bovendien verbouwereerd nu ook nog blijkt dat de verslaglegging van de vergadering niet aanwezig is vanwege een technisch mankement. Dat is in strijd met ‘Reglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad van de gemeente Gooise Meren’. Heemschut roept het college dan ook op het bestemmingsplan opnieuw ter besluitvorming aan de raad aan te bieden.