Heemschut opgelucht dat eigenaar studentenhuis niet mag optoppen en uitbreiden.
Afloop bezwaar ophogen bestemmingsplan
Hoe is het afgelopen met de plannen voor de bouw van een studentenflat van bijna 12.5 meter hoog op het achterterrein van het monumentale pand Haddingestraat 17?
Deze flat zou op een afstand van 1.30 meter van de kleine huisjes van het juffer Margaretha Gasthuis verrijzen. Dit gasthuis ligt aan een intiem hofje waaraan ook vier rijksmonumenten liggen: de Lutherse Kerk, het Luthers Gasthuis, het Luthers weeshuis en het Lutherzaaltje. De bouw van de studentenflat zo dicht op het Luthers complex zou niet alleen het woongenot van de bewoners aantasten maar ook de belevingswaarde voor bezoekers van deze cultuurhistorisch waardevolle plek.
Bezwaar omwonenden gegrond verklaard
De omwonenden van nummer Haddingestraat 17 en de Bond Heemschut maakten bezwaar tegen de omgevingsvergunning die de gemeente had verleend. Uiteindelijk adviseerde de bezwarencommissie de gemeente haar besluit te herzien en de omgevingsvergunning in te trekken, omdat het plan in strijd is met het oude en het nieuwe bestemmingsplan. Waarom is de vergunning in strijd met het oude bestemmingsplan?
1. Omdat het hier zou gaan om drie hoofdmassa’s op het perceel Haddingestraat 17 en volgens het bestemmingsplan van 1995 moeten de voorgevels van de hoofdmassa’s ononderbroken in de bouwgrens liggen. (art. 4.B.II.3)
2. Omdat het plan niet voldeed aan de eis van het bestemmingsplan dat er maximaal 4 en minimaal 3 bouwlagen gebouwd mochten worden achter Haddingestraat 17. Volgens het bouwplan zou er namelijk ook een eenlaags gebouw op de binnenplaats worden neergezet. (Art. 6.2)
3. Omdat in de tijd van de vergunningverlening het nieuwe bestemmingsplan al in voorbereiding was, werd het bouwplan ook aan het nieuwe bestemmingsplan getoetst. Ook hieraan voldeed het niet omdat het nieuwe bestemmingsplan op binnenterreinen in de binnenstad alleen bebouwing tot maximaal 4 meter toestaat.
4. Vervolgens heeft de bezwarencommissie overwogen of er een binnenplanse vrijstelling kon worden verleend. De gemeente heeft dit niet zelf overwogen omdat volgens de gemeente het bouwplan wel binnen het bestemmingsplan past. Volgens de bezwarencommissie moet bij een binnenplanse vrijstelling een belangenafweging plaats vinden tussen de belangen van de partij die het binnenterrein wil bebouwen en de bewoners rond het binnenterrein. Daarbij woog ook zwaar dat de gemeenteraad een bewuste keuze heeft gemaakt om de bouw op binnenterreinen in de binnenstad te beperken. De bezwarencommissie ziet daarom geen mogelijkheid voor het college om nu, in deze situatie, via een binnenplanse vrijstelling van deregels van het oude bestemmingsplan
af te wijken.
Het college heeft het advies van de bezwarencommissie overgenomen en de vergunning ingetrokken.