Met een glas bier is vanmiddag door Heemschut op de Nieuwezijds Kolk het 400 jarig bestaan van het Korenmetershuis gevierd. Precies op deze dag in 1620 werd de eerste steen van het markante Amsterdamse gildehuisje gelegd. Ter gelegenheid hiervan is een boek over het huisje verschenen.
Heemschut is sinds 1968 de hoofdhuurder van het monument dat in eigendom is van de stad Amsterdam. Het Korenmetershuis werd in opdracht van het stadsbestuur in 1620 gebouwd als onderkomen van het korenmetersgilde. Dat gilde was verantwoordelijk voor de controle op de belangrijke 17e eeuwse graanhandel in de Korenbeurs, even verderop op het Damrak.
Het gilde werd eind 18e eeuw, net zoals alle andere gilden, in de Franse Tijd opgeheven. Toch bleef het Korenmetershuis tot begin 20e eeuw in dienst staan van de graanhandel. Daarna is het door het stadsbestuur onder meer verhuurd aan het net opgerichte Persmuseum en aan de Vereniging De Amsterdamse Haven die zich na de oorlog bezighield met het promoten van de Amsterdamse haven. Het -uniek voor de binnenstad- vrijstaande huisje is een van de meest bijzondere gildehuizen van de stad Amsterdam.
In 1968 betrok Erfgoedvereniging Bond Heemschut het Korenmetershuis. Na meer dan 50 jaar het hoofdkantoor van Heemschut te zijn, is het Korenmeterhuis een belangrijk onderdeel van de identiteit geworden. Daarnaast wordt het Korenmetershuis tegenwoordig ook door andere kleine erfgoedorganisaties gebruikt als kantoor, waardoor het als een klein Amsterdams erfgoedhuis functioneert.
Op de Nieuwezijds Kolk werd vanwege de coronamaatregelen in kleine kring met een biertje stil gestaan bij de 400ste verjaardag van het Korenmetershuis. Heemschut heeft ter gelegenheid van de viering een boek uitgebracht over de markante geschiedenis. Architectuurhistoricus Pieter Vlaardingerbroek en Heemschutmedewerker Christian Pfeiffer beschreven gezamenlijk de historie van het pand zelf en haar gebruikers.
Bestellen
Het boek is vanaf nu te hier te bestellen en kost 10 euro, exclusief verzendkosten.