Als iets de beginfase van de samenleving op het nieuwe land kenmerkt, dan is dat de saamhorigheid. Zo zijn nergens zoveel stichtingen en verenigingen opgericht of waren de ledenaantallen zo groot en de activiteiten zo veelvuldig als in de drooggelegde polders van de voormalige Zuiderzee. De schouders werden eensgezind onder het lonkende, nieuwe bestaan gezet.
Men noemde dat 'pionieren'. Vroege herinneringen beklijven: wat het pionieren aangaat zijn dat vooral de houten barakken, de eerste onderkomens van het nieuwe land. Eerst voor het werkvolk maar later voor de bewoners en hun feesten en kerkdiensten, het spreekuur van de dokter, officiële gebeurtenissen en voor bijpraten bij dampende bakken koffie en walmende sigaretten. Zo is het allemaal begonnen.
Het was dan ook met grote weemoed dat Drontenaren hun eigen, in de loop van jaren vervallen pioniersbarak moesten afbreken. Met hun blote handen deden ze dat, als een soort boetedoening, als we de foto bij een krantenbericht hierover uit het jaar 2012 mogen geloven.
Maar of het nou om weemoed, romantiek of realiteit gaat, het eigen verleden laat zich niet wegstoppen. Op aandringen van onder meer Heemschut Flevoland heeft de gemeenteraad van Dronten 70.000 euro beschikbaar gesteld voor een replica. Het wachten is nu op de uitvoering