De gemeente heeft 12 jaar na de Hoogbouwvisie van 2011 een concept-nota Hoogbouwbeleid 2023 opgesteld. De nieuwe nota presenteert een gedetailleerder visie op waar wel en niet in de stad hoogbouw mogelijk is.
Heemschut heeft van de gelegenheid gebruik gemaakt een inspraakreactie te geven, omdat in de nota niet altijd duidelijke keuzen worden gemaakt over de (on)wenselijkheid van hoogbouw en ook omdat een Hoogbouweffectrapportage ten onrechte niet langer verplicht is. Op welke wijze en door wie toetsing van eventuele hoogbouw plaatsvindt is nu onduidelijk. Vandaar dat erfgoedorganisaties Vereniging Vrienden van de Amsterdamse Binnenstad, het Cuypersgenootschap, Stichting Monumenten Amsterdam Noord, Vereniging Promotie Westelijke Tuinsteden en Heemschut gezamenlijk deze petitie hebben opgesteld.
PETITIE HOOGBOUWBELEID AMSTERDAM
BESCHERM HISTORISCHE KADERS
Amsterdam als geheel is een historisch gegroeide laag-middel-hoogbouw-stad. In de bestaande stad, met name in de binnenstad, is een hoge dichtheid bereikt door relatief weinig hoogbouw. In de uitbreidingswijken is vooral veel middelhoogbouw. Een nieuw hoogbouwbeleid moet bestaande kwaliteiten benadrukken en beschermen, zonder bestaande, historische kaders aan te tasten. Voor de beschermde stadsgezichten en landschappelijke gebieden is dat zelfs een wettelijke verplichting.
LEEFBAARHEID
In het concept-Hoogbouwbeleid wordt de mogelijkheid geopend voor een trendbreuk die de stad ingrijpend zal veranderen. Binnen de 2 km-grens van het centrum wordt hoogbouw mogelijk gemaakt. Daar tast hoogbouw de leefbaarheid en de belevingswaarde ernstig aan, omdat dergelijke gebouwen niet passen bij de cultuurhistorische waarde van de binnenstad en de beschermde stads- en dorpsgezichten.
MIDDELHOOGBOUW ALS ALTERNATIEF
Beperking tot middelhoogbouw tot 5 à 7 lagen in traditionele (gesloten) bouwblokken leidt echter aantoonbaar tot vergelijkbare dichtheden en is daarmee een betrouwbaar alternatief voor hoogbouw. Het argument dat hoogbouw in clusters noodzakelijk is om dezelfde dichtheid te bereiken bij méér openbare ruimte en groen gaat voorbij aan het wetenschappelijk aangetoonde feit dat de openbare ruimte beter functioneert wanneer deze overzichtelijk blijft en bewoners contact houden met de straat. Bovendien zal verdichting eerder tot minder dan meer openbare ruimte leiden.
HOOGBOUWEFFECTRAPPORTAGE ONTBREEKT
De concept-nota hanteert niet langer zichtbaarheidscriteria, zoals vastgelegd in UNESCO-richtlijnen voor het Werelderfgoed, en in de Hoogbouwvisie 2011 wel nog onverkort golden. Er is nu alleen nog sprake van een ‘perspectivisch’ criterium. Daardoor worden juridische zekerheden voor belanghebbenden aangetast. Kenmerkend is ook dat er geen toetsing meer is door een hoogbouwcommissie en ook dat de Hoogbouweffectrapportage (HER) niet langer verplicht is gesteld.
MAAK DUIDELIJKE KEUZEN
Maak geen onderscheid in gebieden waar geen hoogbouw of waar in principe geen hoogbouw is toegestaan. De (on)wenselijkheid van hoogbouw is gerelateerd aan de omgeving en kan dus van tevoren worden bepaald. Gebiedscategorie 3 zet de deur voor onwenselijke hoogbouw op een kier.
ZEGGENSCHAP EN PARTICIPATIE
De UNESCO schrijft een Heritage Impact Assessment (HIA) voor om het effect van hoogbouw op het erfgoed te beoordelen. Zonder een HER komt men daar zeker niet aan toe. Dat betekent dat het College het klaarblijkelijk niet nodig acht om op transparante wijze te onderzoeken wat de gevolgen zijn van hoogbouw. Voor zover er toetsing plaatsvindt, gebeurt dat op een voor de burger onzichtbare en oncontroleerbare wijze. Er wordt immers geen HER aan een besluit ten grondslag gelegd. Daarmee wordt ook de zeggenschap en participatie van burgers op afstand geplaatst.
Ondergetekenden verzoeken de gemeente:
1. Het Hoogbouwbeleid te beperken tot heldere kaders waar wel en waar niet hoogbouw mogelijk is en de maximale bouwhoogtes serieus te beperken. In ieder geval in het 2 km-gebied rond de binnenstad en daar waar vergelijkbare waarden aan de orde zijn (en geen in principe geen hoogbouw of ja, mits).
2. Opnieuw een zichtbaarheidscriterium op te nemen zoals in de Hoogbouwvisie 2011. De stad is dit verplicht vanwege de UNESCO-status van de binnenstad.
3. De Hoogbouweffectrapportage (HER) alsnog verplicht te stellen. Juist als er meer hoogbouw wordt toegestaan, is een dergelijk instrument onontbeerlijk om stedenbouwkundige missers te voorkomen.
4. Burgers zeggenschap en participatie te geven over de toekomst van hun eigen stad. Besluitvorming over hoogbouw hoort niet thuis in achterkamers.
5. De UNESCO tijdig te informeren over het beoogde hoogbouwbeleid en de mogelijke gevolgen daarvan voor het Werelderfgoed.
Afbeelding bron: Profiel Amsterdam uit Hoogbouwvisie 2011