“Met kerst sturen we elkaar allemaal een kaartje” vertelt Annette Holleman, bewoonster van het hofje Brouwerskamp in het centrum van Doetinchem. Het is gebouwd in 1951 als bejaardencomplex met een hoofdgebouw en drie blokken van identieke huizen die samen een carré vormen. In het midden staan vier monumentale acaciabomen in een besloten plantsoen met gras en hagen. Hoewel de woningen klein zijn, is het geheel royaal opgezet, vrij ruim voor deze tijd en daarom wordt het bedreigd.
De woningbouwvereniging, die het complex bezit, heeft het reguliere onderhoud al geruime tijd uitgesteld en gaat onderzoeken of de huizen verduurzaamd kunnen worden of dat het goedkoper is om ze te vervangen, slopen is een serieuze optie. Tevens wordt bekeken of er in het plantsoen ruimte zou zijn voor extra woningen. Van een hofje is dan geen sprake meer.
Het hofje heeft geen monumentenstatus maar is wel opgenomen in een rapport van de gemeente Doetinchem waarin cultuurhistorische objecten zijn vastgelegd met als doel deze te beschermen. Sloop zou dus niet aan de orde mogen zijn, maar Heemschut, de Historische Vereniging Deutekom en het Cuypersgenootschap zijn uit voorzorg toch een procedure gestart om de gebouwen beter te beschermen, met als doel een gemeentelijke monumentenregistratie. Het complex is een goed voorbeeld van kleinschalige stedelijke ontwikkeling in de wederopbouwperiode. Alle huisjes zijn identiek, hier speelt de kracht van de herhaling, de schoorstenen, de “paardenvoordeuren”, smeedijzeren sierhekken op gemetselde consoles als afscheiding en het subtiele metselwerk, alles ingetogen in die mooie Hollandse traditie van hofjes voor alleenstaanden.
Tijdens het bezoek spreken diverse bewoners ons aan en zijn blij dat wij opkomen voor “hun hofje”