Het college van B&W heeft ons bezwaarschrift tegen de sloop van Jansweg 25 in Haarlem niet-ontvankelijk verklaard. Heemschut heeft zijn bezwaarschrift te laat ingediend, daartoe in eerdere casussen op het verkeerde been gezet door diezelfde gemeente. Sloop van het met veel beschermingsconstructies omgeven erfgoedpand Jansweg 25 uit 1830 met 17e eeuwse elementen, is hiermee niet meer tegen te houden.
Heemschut heeft zijn bezwaarschrift Jansweg 25 ingediend volgens dezelfde uiterlijke indientermijn als een soortgelijk casus eerder in 2020, die toen wel-ontvankelijk werd verklaard. Naar nu blijkt heeft B&W dit toentertijd ten onrechte besloten. De niet-ontvankelijkheidsverklaring Jansweg 25 is weliswaar conform de wettelijke voorschriften over de uiterlijke indientermijn, en het is natuurlijk een grote omissie dat de wet door ons niet is gecheckt. Maar wij voelen ons met terugwerkende kracht wel op het verkeerde been gezet door de gemeente, en waren ten tijde van de indiening van ons huidige bezwaarschrift Jansweg 25 te goeder trouw, en ons niet bewust in verzuim te zijn.
B&W had met name gezien de genoemde verwarring die het zelf eerder had opgeroepen, de mogelijkheid om ons bezwaarschrift Jansweg 25 wel-ontvankelijk te verklaren. Namelijk door (voor deze ene keer) het zogenaamde verschoningsrecht toe te passen (artikel 6:11 Awb). Die mogelijkheid is B&W voorgelegd door zijn adviescommissie. Ook heeft Heemschut nadrukkelijk aan B&W verzocht uit coulance van deze mogelijkheid gebruik te maken. Maar B&W heeft daarvoor helaas desondanks niet gekozen, en niet uitgelegd waarom niet. B&W had ons bezwaarschrift ondanks de juistheid van de formele afwijzingsgronden toch moeten (en kunnen) faciliteren vanwege het grote belang van dit eeuwenoude erfgoed.
Immers: men handelt met de sloop in strijd met het eigen gemeentelijk (beschermings)beleid, de bezwaren van Heemschut zijn ernstig, en men heeft geen enkel woord aan de toestemming voor sloop gewijd, laat staan onderbouwd en gerechtvaardigd. Bovendien handelt B&W tegen het advies in van het externe deskundigenrapport over de bouwhistorische verkenning, dat met de vele hoge en positieve monumentenwaarden duidelijk blijk geeft van behoud. Er had door B&W bovendien uiterste zorgvuldigheid moeten worden betracht bij het besluit tot sloop van dit belangrijke eeuwenoude erfgoed omdat er kan maar één keer worden gesloopt, en een tweede kans er niets.
Helaas is de sloop van het beeldbepalende erfgoedpand Jansweg 25 hiermee onherroepelijk. Hiermee gaat opnieuw een waardevol eeuwenoud erfgoedpand verloren, na de alom zeer betreurde sloop van een soortgelijk pand Gierstraat 35 enige tijd geleden. En dat terwijl de gemeente juist naar aanleiding van de sloop van deze Gierstraat een nieuw en aanvullende beschermingsconstructie in het leven had geroepen om herhaling te kunnen voorkomen (Reparatieplan B). Die extra bescherming werd ook aan de Jansweg 25 toegekend, maar helaas door diezelfde gemeente dus niet gebruikt.
Dit alles laat natuurlijk onverlet dat de eerstverantwoordelijke voor sloop de eigenaar zelf is, bij wie behoud van erfgoed helaas niet op het vizier staat.